Gratis patroon | Vrolijk ribbeltruitje geschikt voor beginners
Breien met verschillende garens? Check! Dat vinden we bij Knotten zo ontzettend leuk om te doen. Dit breipatroon voor een vrolijke zomertop brei je met twee verschillende garens in drie kleuren. Dus heel afwisselend en je hebt er alleen basissteken voor nodig. De ribbels brei je verticaal voor een leuk gestreept effect. Ga jij aan de slag met dit breiproject voor beginners (of gevorderden)?
Wat ga je breien?
Met dit breipatroon brei je een luchtige zomertop met korte mouwen. Het shirtje valt soepel rond het lijf met een ronde hals.
Wat heb je nodig?
Dit shirtje brei je met Lana Grossa Torto en Lana Grossa Glamcot. Torto is een vrolijk kleurverloopdraad en Glamcot zijn uni kleuren. Door deze af te wisselen creëer je een vrolijk en divers strependesign.
- Breipakket Ribbelruitje (Maat 36/42 (44/50): Glamcot kleur A: 3 (3) bollen, Glamcot kleur B: 2 (3) bollen, Torto: 3 (3) bollen)
- Breinaalden 3,5mm
- Korte rondbreinaald 3,5mm 40 cm lang
Opbouw van het shirt?
Je breit dit shirt in vier delen. Twee delen voor de achterkant en twee delen voor de voorkant. De twee delen worden in spiegelbeeld van elkaar gebreid. De uitleg daarvoor vind je hieronder in het patroon. Aan het eind naai je de vier onderdelen aan elkaar!
Het shirtje wordt dwarsgebreid (van links naar rechts met verticale toeren) in de ribbelsteek. Dat betekent dat je elke heen- en teruggaande naald recht breit. Een heen- en teruggaande naald (2 naalden) is 1 ribbel.
Iedere 2 naalden wordt van kleur gewisseld in de volgorde: A, B en Torto. Hou bij het breien van de 4 delen rug- en voorpand dezelfde kleurvolgorde aan. Neem de draden waarmee niet gebreid wordt, aan de zijkant mee naar boven.
Het meerderen (1m): neem het dwarslusje tussen de steken op de linkernaald en brei hiermee in de achterlus een steek recht.
Afkortingen
M: meerderen
Re: recht breien
St: steek
Nld: Naald
Proeflapje
10x 10 cm in ribbelsteek nld 3,5 mm: 21 steken x 44 nld (22 ribbels).
Maat
36/38 (40/42 – 44/46 – 48/50)
Het shirtje kun je breien in 4 maten. De gegevens voor maat 40/42 staan tussen de haakjes; voor maat 44/46 tussen de liggende streepjes en maat 48/50 na het laatste liggende streepje.
Wanneer er maar 1 getal staat aangegeven, geldt dit voor alle maten.
Wil je het shirtje breder of smaller maken? Tel dan bij de stappen waar centimeters genoemd worden 2 cm op bij de grootste maat of trek er 2 cm af bij de kleinste maat, etc.. Wil je het shirt langer of korter maken? Zet dan meer of minder steken op!
Voor maat 40/42 is het shirt 51cm lang en 56cm breed.
HET PATROON
Rechter rugpand
Zet met nld 3,5 mm en met een kleur naar keuze 98 st op. Brei de teruggaande nld recht. Wissel naar de volgende kleur en brei 2 nld recht. Er zijn nu 2 ribbels gebreid.
Het meerderen voor de schuine schouderlijn begint nu: Heengaande nld: 2re, 1m, brei de naald uit. Meerder vervolgens 15x elke 6e en elke 4e heengaande naald 1 steek. In totaal worden aan de rechterkant 16 steken gemeerderd. Er staan dan 114 steken op de naald.
Brei tot een hoogte van 19 (20-21-22) cm. Markeer deze hoogte. Brei vanaf deze markering en met de 114 steken: 9 (10-11-12) cm.
Kant in de volgende heengaande naald de steken af.
Linker rugpand
Brei dit deel hetzelfde als het rechter rugpand, echter in spiegelbeeld. De meerderingen worden gemaakt aan het einde van de heengaande naald. Brei tot 2 steken voor het einde van de naald: 1m, 2re.
Rechter voorpand
Zet met nld 3,5 mm en in dezelfde kleurenvolgorde als bij het rugpand 98 st op.
Er worden ook hier 16 st gemeerderd voor de schouderlijn. De meerdering wordt gemaakt aan het einde van de heengaande naald: brei tot 2 st voor het einde van de naald: 1m, 2re.
Brei tot een hoogte van 19 (20-21-22) cm en markeer deze hoogte.
De hals:
Kant 14x iedere teruggaande naald de eerste steek af. Op de naald staan 100 st. Brei met deze 100 st tot een hoogte van 9 (10-11-12) cm en kant de st af.
Linker voorpand:
Zie rechter voorpand, echter in spiegelbeeld. De meerdering worden gemaakt aan het begin van de heengaande naald: brei 2 st re, 1m, brei de naald uit.
De hals:
Kant 14x iedere heengaande naald de eerste st af. Zie verder bij het rechter voorpand.
Afwerken
Leg de delen op maat, bevochtig deze en laat drogen.
Naai de middennaden aan elkaar met de matrassteek. Sluit de schoudernaden.
Neem met de korte rondbreinaald bij de hals breiend ca 92 (100 – 108 – 116) st op en brei 2 toeren averechte steken. Kant in de volgende toer de steken losjes averecht af.
Neem aan de onderkant van het rugpand breiend ca 126 (130 – 134 – 138) steken op. Brei 3 nld recht (2 ribbels). Kant de steken in de volgende naald af. Doe dit ook bij het voorpand.
Sluit de zijnaden tot de gewenste hoogte en laat ca 18 (20 – 22 – 24) cm open voor de armsgaten.